Als bijgerecht bij een maaltijd kun je je eigen focaccia maken. Een lekker Italiaans brood met kruiden. Als je het met de hand kneed doe je gelijk jouw krachtoefening voor vandaag. Omdat het brood tussendoor moet rijzen ben je er wel even mee bezig. Maar het resultaat mag er zijn.
Ingrediënten:
500 gram bloem
1,5 zakje droge gist
300 ml lauw water
8 gram zout en wat zeezout
15 gram suiker
2 tenen knoflook
2 takjes rozemarijn
50 ml olijfolie
Werkwijze:
Meng de bloem, gist, zout en suiker in een kom door elkaar. Voeg het lauwe water erbij en meng het met je handen door elkaar. Als het deeg wat compacter wordt kun je gaan kneden op een met bloem bestoven aanrecht. Kneed het deeg gedurende 10 minuten met de hand. Je kunt hiervoor ook je keukenmachine gebruiken. Na 10 minuten smeer je wat olie over het deeg en laat het dan in een kom 30 minuten rijzen. Leg een theedoek over de kom heen.
Snijd de tenen knoflook en de rozemarijn in kleine stukjes en meng deze door de olijfolie. Je kunt uiteraard ook andere kruiden gebruiken.
Pak het deeg en kneed dit nogmaals een minuut. Vorm het deeg tot een rechthoek van ca 2 cm dik, je kunt het deeg ook uitrollen. Wel weer de aanrecht met bloem bestuiven ander blijft het plakken. Leg het deeg op bakpapier en duw er kuiltjes in. Daarna verdeel je het olijfmengsel met wat zeezout over het deeg. Dek de focaccia weer af met de theedoek en laat 30 minuten rijzen.
Verwarm de over voor op 220 graden, verwarm ook de bakplaat gelijk mee. Leg de focaccia op de bakplaat en bak deze in 15 tot 20 minuten tot de bovenkant goudbruin is.
Let er bij dit recept op dat je niet teveel zout op de focaccia strooit anders kom je snel boven de aanbevolen 6 gram zout per dag uit.
